De meeste kinderen gaan vanuit de basisschool moeiteloos door naar het voortgezet onderwijs. Sommige kinderen hebben echter extra ondersteuning nodig. Voor een korte of langere periode, met weinig of veel hulp. Voor deze extra begeleiding en ondersteuning hebben we regionale afspraken gemaakt. Passend onderwijs is de naam voor de manier waarop deze extra ondersteuning georganiseerd is.
Overzicht
Wat is Passend onderwijs?
Bij wie kunt u terecht?
De eerste aanspreekpartners voor ouders/leerlingen met een hulpvraag is de school. Mentoren/leerkrachten zoeken samen met het ondersteuningsteam naar een passend ondersteuningsaanbod voor de leerling. In de praktijk is het vaak zo dat de mentor/leerkracht (eventueel op verzoek van ouders en liefst samen met de ouders) een hulpvraag stelt, en dat het ondersteuningsteam gaat onderzoeken en kijken welke oplossing passend is.
Welke ondersteuning biedt school?
De basisondersteuning bestaat uit het reguliere onderwijsproces met begeleiding binnen de school. Basisondersteuning is passend binnen de eigen schoolcultuur, het onderwijsconcept en de structuur van de school. Ouders en leerlingen zijn altijd betrokken bij de geboden basisondersteuning. Samen zijn zij verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de leerling. In de schoolondersteuningsprofielen staat beschreven welke basisondersteuning scholen bieden. Hierover hebben we in het samenwerkingsverband gezamenlijke afspraken gemaakt. Basisondersteuning is ingedeeld in twee niveaus: regulier (vanuit het reguliere onderwijsproces) en uitgebreid.
Reguliere basisondersteuning
Bij reguliere basisondersteuning gaat het om de begeleiding aan de leerling binnen de leeromgeving op school. De ondersteuning zit in het reguliere lesprogramma. Denk aan kwalitatief goed mentoraat, verantwoord pedagogisch handelen, differentiatie en preventieve activiteiten.
Uitgebreide basisondersteuning
Uitgebreide basisondersteuning is bedoeld voor leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben. Deze ondersteuning is in principe tijdelijk en zoveel mogelijk op maat. Dit betekent dat de intensiteit van het traject en de soort ondersteuning per leerling kan verschillen. Leerlingen volgen de lessen binnen de reguliere setting, eventueel met aanpassingen in hun programma. Als het mogelijk is, bundelen scholen de ondersteuning voor leerlingen met vergelijkbare problematiek.
Als blijkt dat de inzet van uitgebreide basisondersteuning niet succesvol is, wordt er gezocht naar mogelijkheden voor andere ondersteuning of een gespecialiseerd onderwijsaanbod. We hebben het dan over extra ondersteuning Thuisnabij of speciaal voortgezet onderwijs (vso).
Soms is extra ondersteuning nodig. Het gaat dan onder meer om arrangementen/klassen voor leerlingen die in potentie regulier voortgezet onderwijs kunnen volgen. Zij kunnen zich zodanig ontwikkelen, dat ze kunnen instappen in of terugkeren naar een reguliere groep. Het gaat ook om leerlingen die in de reguliere school dreigen uit te vallen of uitvallen. Na instap of terugkeer in het reguliere onderwijsproces kunnen zij nazorg krijgen als dat nodig is.
Voor wie is de extra ondersteuning Thuisnabij?
De extra ondersteuning is bedoeld voor leerlingen met een bovengemiddelde behoefte aan structuur, nabijheid en veiligheid in hun leeromgeving. De oorzaak van de ondersteuningsbehoefte ligt bij een stapeling van problematieken of complexe problematiek binnen het leergebied, gedrag en/of andere belemmeringen.
Waaruit bestaat de extra ondersteuning Thuisnabij?
Elke school ontvangt van het samenwerkingsverband middelen om extra ondersteuning Thuisnabij te organiseren. Scholen maken afspraken over het ondersteuningsaanbod en kijken welke expertise nodig is. De verschillende scholen hebben elk hun eigen “couleur locale”. Zij richten de extra ondersteuning zo in dat het past bij de ondersteuningsvraag van hun leerlingenpopulatie en bij de ondersteuningsstructuur.
Meer informatie over de extra ondersteuning per school is te vinden in de schoolondersteuningsprofielen van de verschillende scholen.
Voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, stellen de reguliere scholen een ontwikkelingsperpectief (OPP) op. Hierin staat hoe een leerling zijn ontwikkelmogelijkheden zo goed mogelijk kan benutten en welke de belemmerende en bevorderende factoren zijn. Ook beschrijft het de te bieden ondersteuning en begeleiding en – indien aan de orde – de afwijkingen van het (reguliere) onderwijsprogramma. Daarnaast beschrijft het het verwachte resultaat van de extra ondersteuning en de verwachte uitstroombestemming van de leerling.
Het OPP wordt door de school met de ouders en de leerling besproken en geëvalueerd.
Sommige leerlingen hebben speciaal onderwijs nodig. Een leerarrangement in voortgezet speciaal onderwijs (vso) biedt deze jongeren onvoldoende ondersteuning.
Wat biedt het vso?
Het vso biedt een specifiek onderwijsaanbod dat is afgestemd op de pedagogisch-didactische onderwijs-ontwikkelbehoefte van de leerling. De docenten hebben uitgebreide kennis en ervaring met de doelgroep. De ondersteuningsstructuur in het vso geeft de leerlingen intensieve begeleiding op maat.
Het voortgezet speciaal onderwijs bestaat uit vier clusters:
1: blinde, slechtziende kinderen;
2: dove, slechthorende kinderen;
3: motorisch gehandicapte, verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke kinderen;
4: kinderen met stoornissen en gedragsproblemen.
Ontwikkelingsperspectief
Scholen in het vso maken voor iedere leerling een plan met het ontwikkelingsperspectief (OPP). Hierin staat hoe een leerling zijn ontwikkelmogelijkheden zo goed mogelijk kan benutten. Ook beschrijft het hoe de school toewerkt naar een passend doorstroom- of uitstroomprofiel. Dat kan een diploma of vervolgopleiding zijn, maar ook uitstroom naar werk of arbeidsmatige of belevingsgerichte dagbesteding.
Voor wie is vso bedoeld?
Voortgezet speciaal onderwijs is bedoeld voor leerlingen met behoefte aan gespecialiseerde en intensieve ondersteuning bij hun leerproces, sociaal emotionele ontwikkeling en/of gedragsregulering. Deze jongeren zijn in hun ontwikkeling belemmerd door complexe problematiek. De problemen komen voort uit (een combinatie van) een verstandelijk en/of fysieke beperking, complexe gedragsproblemen of psychiatrische problemen.
Het samenwerkingsverband ondersteunt scholen om zoveel mogelijk toe te werken naar onderwijs in een reguliere setting. Denk aan een reguliere middelbare school, eventueel in combinatie met vso, of (regulier) vervolgonderwijs.
Samenwerking ouders en school
Zowel ouders als scholen willen dat kinderen zich maximaal kunnen ontwikkelen. Deze ontwikkelingsmogelijkheden zijn daarom altijd het uitgangspunt. Tijdens de schooltijd van een kind trekken de ouders en de school samen op om het gemeenschappelijke doel te bereiken.
Ondersteuningsloket
Het Ondersteuningsloket gaat over de toelating tot het voortgezet speciaal onderwijs, het verlengen van toelaatbaarheidsverklaringen en het bepalen van de toelaatbaarheid tot gespecialiseerde ondersteuningsvoorzieningen. Het loket geeft een deskundigenadvies. De directeur van het samenwerkingsverband bepaalt op basis van dit deskundigenadvies of een leerling toegelaten kan worden tot een gespecialiseerde onderwijsvoorziening. Soms heeft het Ondersteuningsloket een adviserende functie.
Klachten en bezwaren
Het organiseren van passend onderwijs in onze regio is een complexe zaak waar veel partijen bij betrokken zijn. Denk aan ouders, personeelsleden, scholen, schoolbesturen, ondersteuningsplanraad, ketenpartners en andere Samenwerkingsverbanden. Al deze partijen hebben eigen belangen en verschillen van inzicht kunnen op allerlei niveaus ontstaan om veel verschillende redenen.